Muziek meets drama Derde graad 

Idee:

Thema Rommelige ruimtevaarder => Wat doet een ruimtevaarder in de ruimte? => werken, onderzoeken, eten, slapen, ontspannen => ontspanning: muziek beluisteren of maken

Uitvoering:

Deze les is voorzien voor een lestijd van 50 minuten.

Opties:

1. Elk groepje een ander stukje film geven, de muziekstukjes achter elkaar monteren (zonder dat de leerlingen het van elkaar gehoord hebben) en tonen bij het filmpje. Klassikaal tonen en bespreken:

• Werkt dit?
• Welke aanpassingen willen we aanbrengen?
  

2. Er kan voor gekozen worden om de leerlingen zelf een filmpje te laten kiezen waarvoor ze de muziek componeren.

In beide gevallen zal er extra lestijd moeten worden voorzien.

Lesfiche

Domein: drama en muziek

Concept

• Werken rond: muziek(instrumenten) in de ruimte (onderwerp).
• Werken met: improviseren met instrumenten en lichaamstaal (werkvorm).
• Werken aan: scène - spanning opbouwen d.m.v. klanken en mimiek/bewegingen (bouwsteen).

Beginsituatie:

20 leerlingen, derde graad

De leerlingen hebben deze week tijdens WO gewerkt rond een verblijf in de ruimte. Ze hebben o.a. antwoorden gezocht op de vragen:

• Wat is daar zo anders als op aarde? Gewichtloosheid kwam hier aan bod.
• Wat doen astronauten een hele dag? Veel onderzoeken en werken, maar er is ook tijd voor ontspanning (muziek bijvoorbeeld).

Doelen

Leerplandoelen

Muziek

2. Musiceren met voorwerpen en instrumenten (lichaamsinstrumenten, zelfgemaakte en bestaande instrumenten) met aandacht voor klankproductie en speeltechniek.

Dat houdt in dat ze:

2.1. de klankmogelijkheden van voorwerpen en instrumenten onderzoeken.

Drama

8. Kinderen kunnen expressief omgaan met woord en lichaamstaal

Dat houdt in dat ze:

8.1 beweging en mimiek aanpassen aan de spelsituatie.

Lesdoelen

De leerlingen kennen het verschil tussen lichte en zware klanken.

De leerlingen kunnen

• het overheersende gevoel in een situatie beoordelen a.d.h.v. een klank,
• samenwerken om een scène te maken.

Lesverloop:

Fase 1: geluid in de ruimte (10 min)

Leerkracht toont een filmpje en vraagt de leerlingen om te letten op hoe de muziek klinkt als het spannend wordt.

Na het filmpje krijgen de leerlingen (in duo) een instrument. De leerlingen zoeken 3 verschillende manieren om een geluid te produceren met hun instrument (ook niet voor de hand liggende manieren). Dan wordt er een stukje van het filmpje (van minuut 1:54 tot 2:15) opnieuw gespeeld, maar zonder geluid. De leerlingen proberen of de klanken die ze daarnet gemaakt hebben, passen bij het stukje film. Ze mogen eventueel nog een andere manier/klank zoeken. Daarna overleggen en proberen ze in duo:

• Welk geluid hoort bij dit stukje?
• Was de geproduceerde klank goed?
• Waarom (niet)? Te hoog, te laag, te kort, te lang, ...
• Kan met dit instrument een andere klank geproduceerd worden?

Het stukje wordt een tweede maal getoond zonder geluid en de leerlingen produceren opnieuw een geluid.

Fase 2: instrumenten in de ruimte (20 min)

De leerkracht bespreekt kort met de leerlingen wat ze bij WO ontdekt hebben over het leven in de ruimte, meer bepaald i.v.m. de gewichtloosheid en ontspanning van de astronauten.

Eventueel toont ze een filmpje en vraagt de leerlingen te letten op wat er gebeurt met de gitaar.

De gitaar zweeft weg, draait rond, etc.

Als dit met één instrument al zo is, wat zou er dan gebeuren als er een muziekgroepje in de ruimte een optreden zou geven?

De leerlingen worden in groepjes van vier verdeeld, elk groepje vormt een bandje. Ze mogen zelf kiezen welk instrument ze gaan bespelen in de ruimte en wat er met dat instrument allemaal kan gebeuren in de ruimte. Bv. iemand speelt op een wegzwevende drum, dan kan één leerling de trom vasthouden en hiermee rondlopen, een tweede leerling loopt erachter met de drumsticks en probeert te trommelen.

Voorwaarde bij deze fase: de instrumenten moeten in beweging blijven!

Keuzemogelijkheden: het hoeven geen "echte" instrumenten te zijn, de leerlingen mogen ook andere voorwerpen gebruiken als instrument.

Als de leerlingen verschillende instrumenten en rollen hebben uitgeprobeerd, kiezen ze in groep minstens 2, maximum 3 instrumenten voor hun bandje. De instrumenten moeten aan volgende voorwaarden voldoen:

• De instrumenten die nu gekozen worden, moeten straks gebruikt kunnen worden om geluiden te maken bij het filmpje.
• De gekozen instrumenten moeten straks constant in beweging blijven.

Fase 3: spanning in de ruimte (20 min)

De leerlingen mogen per groep een stukje van het filmpje kiezen waarbij ze muziek willen maken.

Ze componeren als bandje de gepaste muziek bij dit stuk met de instrumenten in de ruimte die ze in fase 2 bedacht en getest hebben.

Als afsluiting worden de stukjes film zonder geluid getoond, de verschillende groepjes maken er het gepaste geluid bij.

Voorwaarden:

• De instrumenten moeten in beweging blijven.
• Het gevoel van de scène moet duidelijk weergegeven worden, zowel door de instrumenten als door de bandleden.

Als afsluiting spelen alle bandjes samen: hoe luid klinken al deze instrumenten op een fenomenale dag in de ruimte?

Bronnen:

Crul,K. (2015). Zeppelin, Didactiek voor muzische vorming. Kalmthout: Pelckmans.

Ketnet Karrewiet: https://www.ketnet.be/karrewiet/8-oktober-2015-astronaut-zingt

Youtube: https://www.youtube.com/watch?v=oxZbjbd166o